21

‘Hij komt eraan!’

Het nieuws verspreidde zich als een lopend vuurtje. Mensen kwamen overeind. Malko en Irina stonden naast de rijen stoelen op het pad dat Viktor Joesjtsjenko naar het podium zou nemen.

Malko had een arm om Irina’s middel geslagen. Eindelijk kon hij zich ontspannen. De overwinning van Viktor Joesjtsjenko was een historisch moment en hij was blij dat hij daaraan had meegewerkt. Er ontstond drukte bij de trap, enkele lijfwachten schreeuwden naar de menigte dat ze opzij moesten gaan, wat natuurlijk niet gebeurde.

Net als iedereen keek Malko in de richting van de trap. Het publiek verzamelde zich langs het pad dat de nieuwe president zou nemen. Plotseling viel Malko een vrouw op die zich naar de voorste rij werkte. Je kon haar niet over het hoofd zien: ze droeg een oranje jurk en oranje laarzen. En de sjaal in haar haar was ook oranje. Een groupie. Mensen lachten wanneer ze haar zagen.

Plotseling groeide de onrust nog verder en klonk er geschreeuw: Viktor Joesjtsjenko was bij de ingang van de zaal verschenen, met zijn gehavende gezicht, ondanks de schmink voor de televisiecamera’s. Hij werd omgeven door een dozijn lijfwachten. Overal klonken vrolijke kreten, mensen klommen op stoelen om hun idool te kunnen zien. Meegevoerd door de menigte, draaide de vrouw in het oranje zich om, waardoor Malko haar gezicht kon zien.

Ze was heel knap, met een regelmatig gevormd gezicht en blond haar dat in een paardenstaart samen was gebonden. Er verstreken enkele seconden en toen herkende Malko de vrouw: ze was de onbekende van de vlucht uit Moskou, die hij met haar koffer had geholpen!

De vrouw die hij als vrijwilligster op het hoofdkwartier van deelde. Het leek volkomen normaal dat ze er vanavond bij was. Toch ging Malko’s hart sneller kloppen. In een flits zag hij haar weer voor zich op het vliegveld Borystil, en toen de man die haar was komen ophalen, en haar ontwijkende gedrag. En plotseling begreep hij waarom ze hem hadden willen vermoorden, terwijl hij nergens van leek te weten. Viktor Joesjtsjenko kwam zijn kant op, handen schuddend, glimlachend en duidelijk doodmoe. Hij was gekleed in een marineblauw streepjespak, met een oranje das. Malko liet Irina los en liep achter de rij bewonderaars langs, tot hij ter hoogte van de vrouw in het oranje was. Met zijn ellebogen werkte hij zich door de menigte heen, tot hij bij haar was. Net op tijd om zijn armen om het middel van de onbekende vrouw te slaan toen Viktor Joesjtsjenko voor haar bleef staan, lachend om haar kleding. Ze wilde een stap naar voren doen, kennelijk om hem een zoen te geven, maar Malko trok haar ruw naar achteren. Vooruitgeduwd door zijn escorte, liep de nieuwe president verder naar het podium.

De vrouw in het oranje draaide zich bliksemsnel om en Malko kwam oog in oog te staan met een door woede vertekend gezicht, een blik vervuld van haat. Ze kwam dichter naar hem toe. Malko’s uit ervaring gegroeide zesde zintuig redde zijn leven. Hij zag haar mooie, glimmende, felrood opgemaakte mond, en begreep het. Zonder na te denken, duwde hij haar zo ruw van zich af, dat ze struikelde en viel.

Gechoqueerd riep een vrouw met een sterk Canadees accent: ‘Schamen jullie je! Ga ergens anders ruziemaken.’

Viktor Joesjtsjenko beklom onder een donderend applaus de treden van het podium. Hij hief zijn armen in de lucht en riep uit alle macht: ‘Mir! Bam!’

De menigte brulde van vreugde. Mensen huilden en gilden. Plotseling klom er een kleine man met een geborduurde muts het podium op, die meteen door twee lijfwachten werd beetgepakt. Malko hoorde hem roepen: Ik kom uit Tatarstan, president. U moet ons ook bevrijden.’

Tatarstan was een Russische republiek naast Oekraïne. Viktor Joesjtsjenko glimlachte. De Tatar deed zijn geborduurde muts af en probeerde die de nieuwe president op te zetten, maar snel gaf hij hem aan een van zijn lijfwachten. Opgetogen liet de Tatar zich terug de zaal in brengen. Malko’s hart kwam tot rust. Even had hij voor een derde aanslag gevreesd. Hij draaide zich om en zag de vrouw in het oranje de trap af verdwijnen. Snel ging hij achter haar aan. Onderweg kwam hij Evgueni Tsjervanienko tegen, die stomverbaasd vroeg: ‘Waar gaat u heen?’

‘Kom mee!’ riep Malko.

Toen ze beneden aankwamen en zich een weg baanden door de menigte die achter Joesjtsjenko aan kwam, liep de vrouw in het oranje al naar buiten. Malko probeerde haar niet in te halen. In haar jurk was ze van verre zichtbaar. Hij zag dat ze de Skovorodystraat in ging, langs de Dnjepr. Ze liep kalm door, zonder om te kijken.

Op de kade sloeg ze links af en Malko maakte meer vaart, om haar in te halen.

Toen ze zijn voetstappen hoorde, keek ze om en bleef staan. Malko zag tegenover het verlichte uithangbord van het restaurant l’Amour een grote auto met gedoofde koplampen staan. Plotseling kwam de vrouw in het oranje zijn kant op. In het licht van de straatlantaarns zag Malko dat haar gezicht vertekend was van haat. Auto’s passeerden toeterend, oranje sjerpen wapperend in de wind. Malko trok de Glock achter zijn riem vandaan en richtte het wapen op de onbekende vrouw. ‘Stop!’ riep hij. ‘Staan blijven!’

Ze bleef met stijve passen naar hem toe komen. Malko strekte zijn arm. Hij wilde zijn waarschuwing herhalen, toen hij haastige voetstappen achter zich hoorde. Het was Evgueni Tsjervanienko, samen met een van zijn mannen.

Wat is er aan de hand?’ vroeg de Oekraïner.

‘Die vrouw,’ zei Malko. ‘Zij heeft geprobeerd de president te vermoorden.’

Stomverbaasd bleef het hoofd Beveiliging staan, maar de lijfwacht rende naar voren en klemde zijn armen om het middel van de jonge vrouw, zonder acht te slaan op Malko’s waarschuwingen. ‘Raak haar niet aan!’

De man liet haar meteen los. De vrouw draaide zich om en deed enkele stappen in de richting van de stilstaande auto. Die reed plotseling met gedoofde koplampen weg, vlak langs hen. Malko zag nog net het gezicht van de chauffeur en herkende de lange, spitse neus en het zwarte, achterovergekamde haar. Het was de man die de blondine van de vlucht uit Moskou na haar aankomst in Kiev was komen ophalen. De auto verdween al in de duisternis. Het lukte hem zelfs niet meer het nummerbord te zien. De vrouw in het oranje verstrakte. Malko zag dat ze op haar lippen beet, alsof ze haar tranen probeerde tegen te houden.

‘Bolsjemoi!’riep Evgueni Tsjervanienko uit.

De vrouw in het oranje zakte slap in elkaar en bewoog niet meer. Languit lag ze op de grond.

‘Blijf van haar af,’ waarschuwde Malko iedereen. ‘Het is misschien een valstrik. Ze heeft gif op haar lippen. Als ze Viktor Joesjtsjenko zou hebben gekust, zou hij binnen enkele minuten dood zijn geweest.’

Evgueni Tsjervanienko keek hem vol ongeloof aan. ‘Maar hoe hebt u dat zo geraden?’

‘Toeval,’ zei Malko. ‘Ik leg het later nog wel uit.’

De knallen van het vuurwerk rolden door de lucht en kleurige vuurbollen daalden neer boven de samengepakte menigte op het Onafhankelijkheidsplein. Om twee uur ’s nachts was Viktor Joesjtsjenko iedereen komen begroeten die al wekenlang op dit plein kampeerde. In kou, wind en regen. Hij was nu allang weg, maar zijn volgelingen wisten van geen wijken en bleven drinken en zingen. Malko struikelde bijna over een lichaam dat op de grond lag, met een wodkafles nog in zijn hand.

Kiev ging niet naar bed, alsof de stad geen einde wilde maken aan deze unieke avond.


Malko keek naar de grijze massa van Hotel Ukrainia, die zich onverlicht op de achtergrond verrees, als een getuige uit een andere tijd.

‘Malko!’

Hij draaide zich om. Evgueni Tsjervanienko voegde zich bij hen, zoals afgesproken. Irina was blauw van de kou.

‘De president laat u hartelijk bedanken,’ zei de Oekraïner. ‘U hebt een duivels complot weten te verijdelen. Een arts heeft de vrouw onderzocht en op haar lippen zat een zeer dunne, doorzichtige, plastic film waarop rode lippenstift was aangebracht die was geïmpregneerd met een sterk gif, dat we nog niet hebben kunnen thuisbrengen.’

‘Waarschijnlijk was het ricine,’ zei Malko. ‘Dat werkt iets langzamer dan cyaankali. Dat zou de vrouw de kans hebben gegeven te verdwijnen voordat de eerste symptomen optraden. Haar opdrachtgever wachtte in de auto die we bij het l’Amour weg hebben zien rijden. Hoogstwaarschijnlijk een Rus.’

‘We zullen proberen de dode te identificeren,’ beloofde de Oekraïner hem, ‘maar het zal niet eenvoudig zijn. De naam die ze had opgegeven toen ze zich als vrijwilligster aanmeldde, was vals. We weten zelfs niet waar ze woonde. Ze had geen papieren bij zich. We hebben alleen haar vingerafdrukken.’

Malko schudde zijn hoofd. ‘Ik denk dat ze uit Rusland komt. Die vingerafdrukken zullen u niet verder helpen. Degenen die achter deze aanslag zaten, hadden de pech dat ik haar toevallig op het vliegveld was tegengekomen.’

‘Ze zei dat ze uit Oekraïne kwam en ze sprak uitstekend onze taal.’

‘Natuurlijk.’

Evgueni Tsjervanienko legde zijn hand op Malko’s schouder. ‘Nitsjevo. Ze zal op een kerkhof in Kiev komen te rusten.’

‘Ze pleegde liever zelfmoord dan zich te laten pakken,’ zei Malko. ‘Daar heb ik ontzag voor.’

Hoe kon zo’n mooie vrouw zoiets doen? Dit bewees in elk geval één ding: de Russische geheime diensten waren nog heel machtig en gemotiveerd.

‘Kom,’ zei Tsjervanienko, ‘er is groot feest in het Huis van Oekraïne.’

Ze gingen er lopend heen, door een ijzige wind. Het Europaplein zag zwart van de mensen, hoewel het bijna drie uur ’s nachts was. Hier en daar schoot nog een vuurpijl de lucht in. In het Huis van Oekraïne werd nog volop gedronken en gegeten. Er speelde ook een dansorkest.

‘Ik heb zin om te dansen,’ zei Irina.

Malko trok haar mee de dansvloer op en ze drukte zich meteen tegen hem aan. Het jasje van haar mantelpakje stond open. ‘Ik zal me mijn leven lang deze avond blijven herinneren,’ zei ze. ‘Dit is het begin van de echte vrijheid voor mijn land. We waren sterker dan het machtige Rusland. Een beetje dankzij jou.’

Toen ze uit het Huis van Oekraïne vertrokken, waren er nog steeds mensen op het plein. Malko keek omhoog naar de zwarte lucht, waarin geen vuurwerk meer te zien was. Hij voelde zich alsof de jaren van de Koude Oorlog waren herleefd. Wat er de afgelopen dagen was gebeurd, was een laatste opleving. Verblind door zijn kleingeestigheid had Vladimir Poetin de wind van de vrijheid niet zien aankomen.

‘Ik heb het koud,’ zei Irina.

Malko hield een auto tegen waarvan de chauffeur helemaal in het oranje was gekleed. De radio braakte Oekraïense liederen uit. Malko liet zich op de kapotte achterbank zakken. Plotseling raakte hij door vermoeidheid overmand. Uitgeput viel Irina op zijn schouder in slaap. Het was vijf uur ’s ochtends.

Een auto passeerde hen met open ramen, ondanks de kou. De inzittenden zwaaiden met portretten van de nieuwe president.

Загрузка...