De eunuch neuriede toonloos voor zich uit toen hij door de deur binnenkwam, in golvende gewaden van perzikkleurige zijde gehuld en met een wolk van citroengeur om zich heen. Toen hij Tyrion bij de haard zag zitten bleef hij stokstijf staan. ‘Heer Tyrion,’ klonk het piepend, met een nerveus giechelt je tussendoor.
‘Dus u weet toch nog wie ik ben? Ik begon al te twijfelen.’
‘Wat ontzettend fijn om u zo krachtig en gezond te zien.’ Varys glimlachte zijn slijmerigste glimlachje. ‘Al moet ik bekennen dat ik niet had verwacht u in mijn nederige vertrekken aan te treffen.’
‘Nederig, zeg dat wel. Eigenlijk buitensporig nederig.’ Tyrion had gewacht totdat Varys bij zijn vader ontboden was voordat hij naar binnen was geglipt om hem een bezoekje te brengen. Het appartement van de eunuch was sober en klein, drie krappe, raamloze kamertjes op de begane grond bij de noordmuur. ‘Ik had gehoopt hier mandenvol sappige geheimen te vinden om tijdens het wachten de tijd mee te doden, maar er is geen papier te vinden.’ Hij had ook naar geheime gangen gezocht, wetend dat de Spin over wegen moest beschikken om heimelijk te komen en te gaan, maar die waren al even onvindbaar geweest. ‘Er zat wáter in uw flacon, genadige goden,’ vervolgde hij, ‘uw slaapcel is niet breder dan een doodskist, en dat bed… is dat echt van steen of voelt het alleen maar zo aan?’
Varys sloot de deur en vergrendelde hem. ‘Ik word door rugpijnen gekweld, heer, en slaap het liefst op een hard oppervlak.’
‘U leek mij juist iemand voor een veren bed.’
‘Ik zit vol verrassingen. Bent u boos op mij omdat ik u na de veldslag in de steek heb gelaten?’
‘Daardoor ben ik u juist als een familielid gaan zien.’
‘Het was niet uit gebrek aan liefde, goede heer. Ik heb zo’n teer gestel, en uw litteken is zo verschrikkelijk om te aanschouwen…’ Hij huiverde opzichtig. ‘Uw arme neus…’
Tyrion wreef geïrriteerd over de korst. ‘Misschien moet ik een nieuwe laten maken, eentje van goud. Wat voor neus zou u mij aanraden, Varys? Zo een als de uwe, om geheimen op te sporen? Of moet ik tegen de goudsmid zeggen dat ik mijn vaders neus wil?’ Hij glimlachte. ‘Mijn edele vader is zo vlijtig aan het werk dat ik hem nauwelijks meer te zien krijg. Vertelt u eens, is het waar dat hij grootmaester Pycelle zijn plaats in de kleine raad teruggeeft?’
‘Inderdaad, heer.’
‘Heb ik dat aan mijn lieve zuster te danken?’ Pycelle was een handlanger van zijn zuster geweest. Tyrion had de man van zijn ambt, zijn baard en zijn waardigheid ontdaan en hem diep in een zwarte cel gesmeten.
‘Helemaal niet, heer. Dankt u de aartsmaesters van Oudstee. Zij stonden erop dat Pycelle zou terugkeren, omdat slechts het Conclaaf een grootma ester kan maken of breken.’
De stomme idioten, dacht Tyrion. ‘Ik meen me te herinneren dat de beul van Maegor de Wrede er drie heeft gebroken met zijn bijl.’ ‘Dat klopt,’ zei Varys. ‘En de tweede Aegon heeft grootmaester Gerardys aan zijn draak gevoerd.’
‘Helaas, ik ben volslagen draakloos. Ik neem aan dat ik Pycelle in wildvuur had kunnen dompelen en aansteken. Zou de Citadel daar de voorkeur aan hebben gegeven?’
‘Het zou meer in overeenstemming met de traditie zijn geweest.’ De eunuch giechelde schril. ‘Gelukkig kregen verstandiger lieden de overhand. Het Conclaaf aanvaardde Pycelles ontslag en maakte zich op om zijn opvolger te kiezen. Na maester Turquin, de schoen lapperszoon, en maester Errek, de bastaard van de hagenridder overwogen te hebben, en aldus tot hun eigen tevredenheid te hebben aangetoond dat bekwaamheid in hun orde zwaarder weegt dan afkomst, stond het Conclaaf op het punt ons maester Gorrnon te zenden, een Tyrel uit Hooggaarde. Toen ik dat aan uw heer vader vertelde kwam hij onmiddellijk in actie.’
Het Conclaaf kwam in Oudstee achter gesloten deuren bijeen, wist Tyrion, en hun overleg werd verondersteld geheim te zijn. Dus Varys heeft ook zijn vogeltjes in de Citadel. ‘Ik begrijp het. Dus mijn vader besloot de roos in de knop te breken.’ Hij moest grinniken. ‘Pycelle is een pad. Maar een Lannister-pad is beter dan een Tyrelpad, nietwaar?’
‘Grootmaester Pycelle is altijd een goede vriend van uw huis geweest,’ zei Varys honingzoet. ‘Misschien strekt het u tot troost, te horen dat ook ser Boros Both weer in zijn waardigheid wordt hersteld.’
Cersei had Boros Both zijn witte mantel ontnomen omdat hij had nagelaten prins Tommen ten koste van zijn eigen leven te verdedigen toen Bronn de jongen op de weg naar Rooswijk had ontvoerd. De man was geen vriend van Tyrion, maar hij zou nu waarschijnlijk een bijna even grote hekel aan Cersei hebben. Dat is tenminste iets, lijkt me. ‘Both is een protserige lafaard,’ zei hij minzaam.
‘O ja? Jeetje. Maar ja, de ridders van de Koningsgarde dienen volgens de traditie voor het leven. Misschien zal ser Boros in de toekomst moediger blijken te zijn. Hij zal ongetwijfeld uiterst trouw blijven.’
‘Aan mijn vader,’ zei Tyrion met nadruk.
‘Nu we het toch over de Koningsgarde hebben… ik vraag me af of uw verrukkelijk onverwachte bezoek iets te maken heeft met ser Boros’ gesneuvelde broeder, de dappere ser Mandon Moer?’ De eunuch streelde een gepoederde wang. ‘Die Bronn van u schijnt de laatste tijd erg veel belang in hem te stellen.’
Bronn had uitgeplozen wat hij kon over ser Mandon, maar Varys zou ongetwijfeld nog heel wat meer kunnen meedelen… als hij dat verkoos. ‘De man schijnt helemaal geen vrienden te hebben gehad,’ zei Tyrion behoedzaam.
‘Treurig,’ zei Varys. ‘Heel treurig. Als u in de Vallei genoeg onderste stenen boven weet te krijgen vindt u misschien wat verwanten van hem, maar hier… heer Arryn heeft ser Mandon naar Koningslanding meegenomen en Robert heeft hem zijn witte mantel gegeven, maar ik vrees dat ze geen van tweeën erg op hem gesteld waren. Ook was hij niet het type voor wie de kleine luiden tijdens toernooien plegen te juichen, al was hij onmiskenbaar moedig en bekwaam. Waarachtig, zelfs zijn broeders in de Koningsgarde droegen hem geen warm hart toe. Men heeft Ser Barristan eens horen zeggen dat de man geen andere vriend dan zijn zwaard en geen ander leven dan zijn plicht had… maar weet u, ik denk dat Selmy dat niet uitsluitend lovend bedoelde. Wat goed beschouwd vreemd is, vindt u ook niet? Dat zijn juist de kwaliteiten waaraan wij bij de Koningsgarde behoefte hebben, zou men kunnen zeggen — mannen die niet voor zichzelf maar voor hun koning leven. Aldus bezien was ser Mandon de volmaakte witte ridder. En hij stierf zoals het een ridder van de Koningsgarde betaamt, met het zwaard in de hand, om een bloedverwant van de koning te verdedigen.’ De eunuch wierp hem een slijmerig lachje toe en hield hem nauwlettend in het oog.
Om te proberen een bloedverwant van de koning te vermoorden, bedoel je. Tyrion vroeg zich af of Varys niet meer wist dan hij losliet. Hij had nog niets nieuws gehoord. Bronns verslagen hadden in grote lijnen hetzelfde geluid. Hij had een schakel naar Cersei nodig, een teken dat ser Mandon zijn zusters handlanger was geweest. We krijgen het niet altijd zoals we het hebben willen, peinsde hij verbitterd, wat hem eraan deed denken…
‘Ik ben hier niet vanwege ser Mandon.’
‘Waarachtig.’ De eunuch liep naar zijn waterflacon aan de andere kant van de kamer. ‘Kan ik u iets aanbieden, heer?’ vroeg hij, terwijl hij een beker volschonk.
‘Jazeker. Maar geen water.’ Hij vouwde zijn handen over elkaar. ‘Ik wil dat u mij Shae brengt.’
Varys nam een slokje. ‘Is dat wel verstandig, heer? Dat lieve, dierbare kind. Het zou zo vreselijk jammer zijn als uw vader haar ophing.’
Het verbaasde hem niets dat Varys daarvan wist. ‘Nee, het is niet verstandig, het is pure waanzin. Ik wil haar nog een laatste keer zien voordat ik haar wegstuur. Het zou onverdraaglijk zijn als ze dicht in de buurt bleef.’
‘Ik begrijp het.’
Jij? Kom nou. Tyrion had haar gisteren nog gezien toen ze met een emmer water de serpentine-trap op klom. Hij had toegekeken toen een jonge ridder aanbood de zware emmer voor haar te dragen. Tyrions ingewanden waren in de knoop geraakt toen hij zag hoe ze de arm van de man had aangeraakt en tegen hem had geglimlacht. Ze waren elkaar op een paar duim afstand gepasseerd, hij op weg naar boven, zij naar beneden, zo vlakbij dat hij de schone, frisse geur van haar haren kon ruiken. ‘Meheer,’ had ze met een kleine revérence tegen hem gezegd, en hij had een arm willen uitsteken om haar te grijpen en ter plaatse te kussen, maar het enige wat hij kon doen was haar stijfjes toeknikken en verder waggelen. ‘Ik heb haar bij herhaling gezien,’ zei hij tegen Varys, ‘maar ik durf niet met haar te praten. Ik vrees dat al mijn bewegingen worden geobserveerd.’
‘Daar doet u verstandig aan, goede heer.’
‘Wie?’ Hij hield zijn hoofd schuin.
‘De Ketelzwarts brengen regelmatig verslag aan uw lieve zuster uit.’
‘Als ik eraan denk hoeveel geld ik die ellendige… is er enige kans dat ze Cersei weer laten vallen als ik nog meer betaal, denkt u?’
‘Die kans bestaat altijd, maar ik zou er niet om durven wedden. Ze zijn nu alle drie ridder, en uw zuster heeft hun nog meer promotie in het vooruitzicht gesteld.’ Een geniepig giechelt je ontsnapte aan de lippen van de eunuch. ‘En de oudste, ser Osmund van de Koningsgarde, droomt van nog andere … gunsten. U kunt ongetwijfeld evenveel betalen als de koningin, maar zij heeft nog een tweede beurs, en die is bepaald onuitputtelijk.’
Bij de zevende hel, dacht Tyrion. ‘Wilt u zeggen dat Cersei zich door Osmund Ketelzwart laat naaien?’
‘O jeetje, nee, dat zou vreselijk gevaarlijk zijn, denkt u ook niet?
Nee, de koningin maakt alleen toespelingen… misschien morgen, of als de bruiloft voorbij is … en dan een lachje, een fluistering, een schuine grap… een borst die zachtjes langs zijn mouw strijkt als ze elkaar passeren… en toch lijkt het genoeg te zijn. Maar wat weet een eunuch van zulke dingen af?’ De punt van zijn tong schoot als een schuw, roze dier langs zijn onderlip.
Als ik ze tot meer dan slinkse liefkozingen kon bewegen, kon zorgen dat vader ze samen in bed betrapte … Tyrion voelde aan de korst op zijn neus. Hij wist niet hoe hij dat moest aanleggen, maar misschien zou zich later nog een plan aandienen. ‘Zijn de Ketelzwarts de enigen?’
‘Ik zou willen dat het zo was, heer, maar ik vrees dat er vele ogen op u gericht zijn. U bent … hoe zal ik het zeggen? Opvállend. En het spijt me het te moeten zeggen, niet erg bemind. De zonen van Janos Slink zouden u graag verklikken om hun vader te wreken, en onze beste heer Petyr heeft vriendjes in de helft van de bordelen van Koningslanding. Mocht u zo onverstandig zijn daar een van te bezoeken, dan hoort hij dat meteen en uw vader niet lang daarna.’
Het is nog erger dan ik vreesde. ‘En mijn vader? Wie is zijn spion?’
Ditmaal lachte de eunuch hardop. ‘Ik natuurlijk, heer.’
Tyrion lachte ook. Hij was niet zo dwaas dat hij Varys meer vertrouwde dan absoluut noodzakelijk was — maar de eunuch wist al genoeg van Shae om haar dubbel en dwars te laten hangen. ‘U gaat Shae door de muren heen naar mij toe brengen, onzichtbaar voor al die ogen. Zoals u al eerder hebt gedaan.’
Varys wrong zijn handen. ‘O heer, niets zou mij meer behagen, maar … koning Maegor wilde geen ratten achter zijn muren, als u begrijpt wat ik bedoel. Hij had een geheime uitgang nodig voor het geval hij ooit door zijn vijanden in het nauw gedreven zou worden, maar die deur staat niet met enige andere gang in verbinding. Ik kan uw Shae wel voor een poosje bij vrouwe Lollys vandaan smokkelen, dat wel, maar ik weet geen manier om haar naar uw slaapkamer te brengen zonder dat we gezien worden.’
‘Breng haar dan ergens anders heen.’
‘Waarheen? Het is nergens veilig.’
‘Jawel.’ Tyrion grinnikte. ‘Hier. Hoog tijd om dat keiharde bed van u eens ergens anders voor te gebruiken, vind ik.’
De mond van de eunuch zakte open. Toen giechelde hij. ‘Lollys is de laatste tijd gauw moe. Ze is hoogzwanger. Ik stel me zo voor dat ze veilig en wel slaapt tegen de tijd dat de maan opgaat.’
Tyrion sprong van de stoel. ‘Als de maan opgaat dus. Zorg dat u wat wijn klaar hebt staan. En twee schone bekers.’
Varys boog. ‘Zoals u beveelt, heer.’
De rest van die dag leek voorbij te kruipen als een worm in de stroop. Tyrion klom naar de kasteelbibliotheek en probeerde zichzelf afleiding te bezorgen met Beldecars Geschiedenis van de Rhoynar-oorlogen, maar hij had nauwelijks aandacht voor de olifanten, omdat hij voor zijn geestesoog alsmaar Shae zag glimlachen. ’s Middags legde hij het boek weg en riep om een bad. Hij schrobde zich tot het water koud werd en liet daarna zijn bakkebaarden door Pod bijwerken. Zijn baard was een beproeving. De warboel van gele, witte en zwarte haren was zelden minder dan onooglijk maar verborg wel een deel van zijn gezicht, en dat was alleen maar gunstig.
Toen hij zo schoon, roze en gefatsoeneerd was als hij maar kon zijn nam Tyrion zijn garderobe door en koos een paar strakke satijnen hozen van Lannister-karmijn en zijn beste wambuis uit, dat van zwaar, zwart fluweel met de noppen in de vorm van een leeuwenkop. Hij zou ook zijn keten van gouden handjes omgedaan hebben, als zijn vader die niet had gestolen toen hij op sterven lag. Pas toen hij gekleed was, besefte hij hoe door en door dwaas hij was. Bij de zevende hel, dwerg, ben je met die neus ook je verstand kwijtgeraakt? Iedereen die je ziet zal zich afvragen waarom ;e in hofkleding bij de eunuch op bezoek gaat. Vloekend kleedde Tyrion zich uit en trok iets eenvoudigers aan: zwarte wollen hozen, een oude witte tuniek en een buis van verschoten bruin leer. Het maakt niet uit, hield hij zichzelf voor, terwijl hij wachtte tot de maan zou opgaan. Wat;e ook draagt, je blijft een dwerg. Je wordt toch nooit zo groot als die ridder op de trap, die met de lange, rechte benen, de vlakke maag en de brede, mannelijke schouders.
De maan gluurde al over de kasteelmuur toen hij tegen Podderik Peyn zei dat hij bij de eunuch op bezoek ging. ‘Blijft u lang weg, heer?’ vroeg de jongen.
‘Ik hoop het.’
Nu het zo druk was in de Rode Burcht kon Tyrion niet verwachten dat hij onopgemerkt zou blijven. Ser Balon Swaan stond bij de deur op wacht en ser Loras Tyrel op de ophaalbrug. Bij beiden bleef hij staan om beleefdheden uit te wisselen. Het was vreemd om de Bloemenridder helemaal in het wit te zien, terwijl hij vroeger altijd alle kleuren van de regenboog had gedragen. ‘Hoe oud bent u, ser Loras?’ vroeg Tyrion.
‘Zeventien, heer.’
Zeventien, en knap om te zien, en nu al een legende. De helft van alle meisjes in de Zeven Koninkrijken wil zijn liefje zijn en alle jongens willen hem zelf zijn. ‘Als ik u vragen mag, ser — hoe komt iemand van zeventien ertoe bij de Koningsgarde te gaan?’
‘Prins Aemon de Drakenridder was ook zeventien toen hij zijn geloften aflegde,’ zei ser Loras, ‘en uw broer Jaime nog jonger.’
‘Hun redenen ken ik. Wat zijn de uwe? De eer om samen met zulke voorbeeldige lieden als Meryn Trant en Boros Both te dienen?’ Hij wierp de jongen een spottende grijns toe. ‘Om het leven van de koning te beschermen geef je het jouwe op. Je geeft land en titels op, de hoop op een huwelijk, op kinderen…’
‘Het huis Tyrel zal voortbestaan via mijn broers,’ zei ser Loras. ‘Een derde zoon hoeft niet te trouwen en nageslacht te krijgen.’
‘Het hoeft niet, maar sommigen vinden het wel zo aangenaam. Hoe moet dat nu met de liefde?’
‘De ondergegane zon is door geen kaars te vervangen.’
‘Komt dat uit een lied?’ Glimlachend hield Tyrion zijn hoofd scheef. ‘Ja, u bent zeventien, dat kan ik nu wel zien.’
Ser Loras verstrakte. ‘Drijft u de spot met mij?’
Een prikkelbaar knaapje. ‘Nee. Als ik u beledigd heb vraag ik om vergiffenis. Ik heb eens een lief gehad, en we hadden ook een lied.’ Ik minde een maagd als de zomer zo schoon, met zonlicht in het haar. Hij wenste ser Loras goedenavond en liep verder.
Vlak bij de kennels liet een groep wapenknechten een paar honden vechten. Tyrion bleef lang genoeg staan om te zien hoe de kleinere hond de grotere de helft van zijn snuit afbeet, en oogstte wat rauw gelach toen hij opmerkte dat de verliezer nu op Sandor Clegane leek. Daarna, in de hoop dat hij hun achterdocht had weggenomen, liep hij verder naar de noordmuur en daalde het trapje naar de nederige stulp van de eunuch af. Toen hij zijn hand ophief om te kloppen ging de deur open.
‘Varys?’ Tyrion glimpte naar binnen. ‘Bent u daar?’ Een enkele kaars die de lucht met jasmijngeur kruidde verlichtte de schemerige duisternis.
‘Heer.’ Een vrouw schoof zijwaarts het lichtschijnsel in, zacht moederlijk, met een roze vollemaansgezicht en zware donkere krullen. Tyrion deinsde achteruit. ‘Is er iets mis?’ vroeg ze.
Varys, besefte hij geërgerd. ‘Ik schrok me heel even een ongeluk, want ik dacht dat u mij Lollys had gebracht in plaats van Shae. Waar is ze?’
‘Hier, meheer.’ Ze legde ‘van achteren haar handen over zijn ogen. ‘Raad eens wat ik aanheb.’
‘Niets?’
‘Wat bent u toch slim,’ pruilde ze, terwijl ze haar handen wegtrok. ‘Hoe wist u dat?’
‘Niets maakt je zo mooi.’
‘Echt?’ zei ze. ‘Echt waar?’
‘O ja.’
‘Moet u mij dan niet naaien in plaats van met mij te praten?’
‘Laten we ons eerst van vrouwe Varys ontdoen. Er zijn dwergen die dol op publiek zijn, maar daar hoor ik niet bij.’
‘Hij is al weg,’ zei Shae.
Tyrion draaide zich om en keek. Het was zo. De eunuch was met rokken en al verdwenen. Die verborgen deuren zijn hier ergens, dat moet wel. Meer tijd om te denken kreeg hij niet, want Shae draaide zijn hoofd om en kuste hem. Haar mond was nat en hongerig, en ze leek zijn litteken of de rauwe korst waar zijn neus was geweest niet eens te zien. Haar huid was warm en zijdeachtig onder zijn vingers. Toen zijn duim over haar linkertepel streek werd die onmiddellijk hard. ‘Gauw,’ fluisterde ze tussen de kussen door, terwijl zijn vingers naar zijn rijgkoorden gingen. ‘Gauw, gauw, ik wil u in mij voelen, in mij, in mij.’ Hij kreeg niet eens de tijd zich fatsoenlijk uit te kleden. Shae trok zijn lid uit zijn broek, duwde hem naar achteren op de vloer en klom bovenop hem. Ze schreeuwde toen hij tussen haar schaamlippen drong en bereed hem als een wilde. ‘Mijn reus, mijn reus, mijn reus,’ kreunde ze, telkens als ze op hem neerplofte. Tyrion was zo geil dat hij bij de vijfde stoot al explodeerde, maar dat scheen Shae niet erg te vinden. Ze glimlachte boosaardig toen ze hem voelde spuiten en boog zich voorover om het zweet van zijn voorhoofd te kussen. ‘Mijn reus van Lannister,’ mompelde ze. ‘Blijf alstublieft in me. Ik voel u daar zo graag.’
Dus verroerde Tyrion zich niet, behalve om zijn armen om haar heen te slaan. Wat is het heerlijk om haar vast te houden, en om vastgehouden te worden, dacht hij. Hoe kan zoiets fijns een misdaad zijn waarvoor ze verdient te hangen? ‘Shae,’ zei hij, ‘schatje, dit zal ons laatste samenzijn moeten blijven. Het gevaar is te groot. Als mijn vader je vindt…’
‘Uw litteken bevalt mij wel.’ Ze ging er met haar vinger langs. ‘U lijkt er heel woest en sterk door.’
Hij lachte. ‘Heel lelijk, bedoel je.’
‘Meheer zal nooit lelijk zijn in mijn ogen.’ Ze kuste de korst die zijn rafelige neusstomp bedekte.
‘Je hoeft je ook geen zorgen te maken om mijn gezicht, maar om mijn vader…’
‘Daar ben ik niet bang voor. Krijg ik nu mijn juwelen en zijden japonnen terug, meheer? Toen u in de slag gewond was geraakt heb ik Varys gevraagd of ik ze mocht hebben, maar hij wilde ze niet aan me geven. Wat zou ervan geworden zijn als u was doodgegaan?’
‘Ik ben niet dood. Hier ben ik.’
‘Weet ik.’ Glimlachend wiebelde ze op hem heen en weer. ‘Precies waar u thuishoort.’ Ze trok een pruilmond. ‘Maar hoe lang moet ik nog met Lollys optrekken, nu u weer beter bent?’
‘Heb je wel geluisterd?’ zei Tyrion. ‘Als je wilt kun je wel bij Lollys blijven, maar het beste zou zijn als je de stad verliet.’
‘Ik wil niet weg. U had beloofd dat u mij na na de slag weer naar een state ging verhuizen.’ Haar kut gaf hem een klein kneepje, en hij werd weer stijf, terwijl hij nog in haar was. ‘Een Lannister betaalt altijd zijn schulden, hebt u gezegd.’
‘Vervloekte goden, Shae, hou daar mee op. Luister naar me. Je moet weg. De stad zit nu vol Tyrels, en ik word nauwlettend in de gaten gehouden. Je kent het gevaar niet.’
‘Mag ik naar de bruiloft van de koning? Lollys wil niet. Ik heb tegen haar gezegd dat het niet waarschijnlijk is dat iemand haar in de koninklijke troonzaal zal verkrachten, maar ze is zo stóm.’ Toen Shae van hem af rolde gleed zijn lid met een zacht, nat geluidje uit haar. ‘Volgens Symon komt er een zangerstoernooi, en acrobaten, en een steekspel van zotten.’
Tyrion was Shae’s driewerf vervloekte zanger bijna vergeten. ‘Hoe heb je met Symon kunnen spreken?’
‘Ik heb vrouwe Tanda over hem verteld en ze heeft hem ingehuurd om voor Lollys te spelen. De muziek kalmeert haar als de baby begint te schoppen. Symon zegt dat er een dansende beer op het feest komt, en wijnen uit het Prieel. Ik heb nog nooit een beer zien dansen.’
‘Ze kunnen het nog slechter dan ik.’ Maar het was de zanger die hem zorgen baarde, niet de beer. Eén onvoorzichtig woord in het verkeerde oor en Shae zou hangen.
‘Symon zegt dat er zevenenzeventig gangen zullen zijn, en een reuzenpastei met honderd duiven erin,’ ratelde Shae. ‘Als de korst opengaat schieten ze allemaal naar buiten en vliegen weg.’
‘Waarna ze op de balken zullen neerstrijken en het vogelpoep op de gasten zullen laten regenen.’ Tyrion had zulke bruiloftspasteien wel vaker doorstaan. De duiven scheten vooral graag op hem, of daar verdacht hij ze in elk geval van.
‘Kan ik me niet in zijde en fluweel kleden en als edele vrouwe gaan, in plaats van als dienstmeid? Niemand zou merken dat ik dat niet was.’
Iedereen zou merken dat je dat niet was, dacht Tyrion. ‘Vrouwe Tanda zal zich misschien afvragen waar Lollys’ kamenier zoveel juwelen vandaan haalt.’
‘Er komen duizend gasten, zegt Symon. Ze zou me niet eens zien. Ik vind wel een plaatsje in een donker hoekje beneden het zout, maar telkens als u het gemak bezoekt zou ik naar buiten kunnen glippen om u te ontmoeten.’ Ze legde haar hand om zijn lid en streelde het zacht. ‘Ik zal geen kleingoed onder mijn japon dragen, dus me heer hoeft zelfs geen koordjes los te rijgen.’ Haar vingers bewogen hem prikkelend op en neer. ‘Of als u wilt kan ik dit voor u doen.’ Ze nam hem in haar mond.
Het duurde niet lang of Tyrion was zover, en ditmaal hield hij het veel langer vol. Toen hij klaar was kroop Shae weer bovenop hem en rolde zich naakt in zijn armholte op. ‘Ik mag vast wel gaan van u, ja toch?’
‘Shae,’ kreunde hij, ‘het is niet veilig.’
Een tijdlang zei ze geen stom woord. Tyrion probeerde andere onderwerpen aan te snijden, maar stuitte op een muur van gemelijke beleefdheid, even ijzig en onwrikbaar als de Muur waar hij in het noorden eens overheen had gelopen. Goeie goden, dacht hij vermoeid, terwijl hij keek hoe de kaars opbrandde en ging sputteren, hoe is het mogelijk dat me dit nog eens is overkomen, na Tysha? Ben ik dan inderdaad zo’n grote idioot als mijn vader denkt? Hij zou haar graag beloven wat ze wilde, en haar graag aan zijn arm meenemen naar zijn eigen slaapkamer om haar de japonnen van zijde en fluweel te laten aantrekken die ze zo mooi vond. Als het aan hem lag zou ze op Joffry’s bruiloftsfeest naast hem mogen zitten en met net zoveel beren mogen dansen als ze maar wilde. Maar hij kon haar niet zien hangen.
Toen de kaars was opgebrand maakte Tyrion zich van haar los en stak een nieuwe aan. Vervolgens deed hij de ronde langs de wanden en beklopte ze een voor een, op zoek naar de verborgen deur. Shae zat hem met haar armen om haar opgetrokken knieën gade te slaan. Ten slotte zei ze: ‘Hij zit onder het bed. De geheime trap.’
Hij keek haar ongelovig aan. ‘Het bed? Dat is van massieve steen. Dat weegt een halve ton.’
‘Varys drukt ergens op en dan zweeft het naar boven. Ik heb hem gevraagd hoe het werkte, en toen zei hij dat het magisch was.’
‘Ja.’ Tyrion moest grijnzen. ‘Een contragewicht-spreuk.’
Shae stond op. ‘Ik moet eens teruggaan. Soms wordt Lollys wakker als de baby schopt, en dan roept ze me.’
‘Varys zal zo wel terugkomen. Hij luistert waarschijnlijk alles af wat we zeggen.’ Tyrion zette de kaars neer. Op de voorkant van zijn broek zat een natte plek, maar in het donker viel dat vast niet op. Hij zei tegen Shae dat ze zich moest aankleden en op de eunuch moest wachten.
‘Dat zal ik doen,’ beloofde ze. ‘U bent mijn leeuw, hè? Mijn reus van Lannister?’
‘Ja, dat ben ik,’ zei hij. ‘En jij bent…’
‘…uw hoer.’ Ze legde een vinger op zijn lippen. ‘Ik weet het. Ik zou uw vrouwe zijn, maar dat kan nooit. Anders zou u mij meenemen naar het feest. Het geeft niet, ik vind het fijn om uw hoer te zijn. Als u mij maar bij u houdt, mijn leeuw, en zorgt dat ik veilig ben.’
‘Dat beloof ik,’ zei hij. Dwaas! Dwaas! schreeuwde de stem in zijn binnenste. Waarom zeg je dat nou? Je was hier om haar weg te sturen! In plaats daarvan kuste hij haar nog een keer.
De terugweg leek lang en eenzaam. Podderik Peyn lag al te slapen op zijn onderschuifhed aan het voeteneind van dat van Tyrion, maar hij wekte de jongen. ‘Bronn?’ zei hij.
‘Ser Bronn?’ Pod wreef de slaap uit zijn ogen. ‘O. Moet ik hem gaan halen, heer?’
‘Hoezo? Ik heb je gewekt om een boompje op te zetten over zijn kledingstijl,’ zei Tyrion. Zijn sarcasme was niet aan Pod besteed. Die zat hem alleen maar glazig aan te staren totdat hij zijn handen in de lucht wierp en zei: ‘Ja. Ga hem halen. Breng hem hier. Nu.’
Ijlings kleedde de jongen zich aan, en het scheelde niet veel of hij was hard de kamer uit gehold. Ben ik echt zo angstaanjagend? vroeg Tyrion zich af, terwijl hij een nachtgewaad aantrok en zichzelf wat wijn inschonk.
Hij was al aan zijn derde beker bezig en de halve nacht was al om toen Pod eindelijk terugkwam met de huurling-ridder op sleeptouw. ‘Ik hoop dat die jongen een verdomd goeie reden had om mij bij Chataya vandaan te sleuren,’ zei Bronn, terwijl hij ging zitten.
‘Chataya!’ zei Tyrion verstoord.
‘Het is goed om een ridder te zijn. Nu hoef ik niet meer naar de goedkopere bordelen beneden aan de straat,’ grijnsde Bronn. ‘Nu liggen Alayaya en Marei in hetzelfde dons bed met Ser Bronn tussen zich in!’
Tyrion moest zijn ergernis wegslikken. Bronn had er evenveel recht op met Alayaya naar bed te gaan als ieder ander, maar toch… Ik heb haar nooit aangeraakt, hoe graag ik dat ook wilde, maar dat kan Bronn niet weten. Hij had zijn pik uit haar lijf moeten houden. Zelf durfde hij niet naar Chataya. Als hij dat deed zou Cersei ervoor zorgen dat zijn vader het hoorde, en dan kwam ‘Yaya er niet met een geseling vanaf. Hij had het meisje bij wijze van verontschuldiging een halsketting van zilver en jade en een paar bijpassende armbanden gestuurd, maar verder…
Dit is zinloos. ‘Er is een zanger die zich Symon Zilvertong noemt,’ zei Tyrion vermoeid en zette zijn schuldgevoel van zich af. ‘Hij speelt soms voor de dochter van vrouwe Tanda.’
‘En wat is daarmee?’.
Vermoord hem, had hij kunnen zeggen, maar de man had alleen wat liedjes gezongen. En Shae’s lieve hoofdje op hol gebracht met visioenen van duiven en dansende beren. ‘Zie hem te vinden,’ zei hij in plaats daarvan. ‘Zie hem te vinden vóór een ander dat doet.’